De Administratieve Raad buigt zich over een economische plan
(25/10/21) - Het VSOA-Spoor waarschuwt geen economische besparingen te zullen aanvaarden welke gemaakt worden op de rug van het spoorwegpersoneel ! Het begrotingsakkoord voorziet in 26 investeringsprojecten, waaronder de Belgische spoorwegen, die bijna 250 miljoen euro zullen ontvangen.
Deze bedragen worden toegevoegd aan de 365 miljoen euro die in het kader van het Europese herstelplan is voorzien, in totaal dus 615 miljoen euro. Dit bedrag houdt geen rekening met de aanzienlijke Covid-compensatie, als gevolg van een drastische daling van de verkoop van de nationale operator NMBS/NMBS, terwijl het aanbod bijna op zijn maximum bleef.
De details van de verdeling van dit bedrag binnen de twee Belgische spoorwegmaatschappijen, NMBS en Infrabel, zijn nog niet definitief. Maar het kan nu al gezegd worden dat de infrastructuur redelijk goed beloond lijkt te worden.
181 miljoen euro zal worden gebruikt om het goederenvervoer te ontwikkelen, door investeringen in infrastructuur, zoals verbindingen met enkele fabrieken of maatregelen die worden genomen om sommige emplacementen te verlengen om treinen van 750 meter te accepteren. De havengebieden zullen profiteren van grote infrastructuurverbeteringen, bijvoorbeeld in het North Sea Port-gebied en in het Zeebrugge-gebied.
Een deel van het budget zal ook worden besteed aan "Axe 3", die bestaat uit de L161- en L162-lijnen die Brussel met Luxemburg verbinden. De term Ax 3 verwijst naar de overheidsdocumenten van de jaren 90, waarin as voor as de noodzakelijke investeringen worden verduidelijkt, en niet meer in het algemeen. Voor dit traject wordt 42 miljoen euro voorzien, bovenop het budget voor het GEN-project Brussel-Ottignies (voorstedelijke treinen), een ander project op dezelfde lijn.
De lijn Brussel-Luxemburg heeft een totale lengte van 226 kilometer en loopt door Namen, Libramont en Aarlen. De route is bochtig en heeft alleen al op Belgisch grondgebied meer dan 150 bochten. Dit verklaart de relatief lage referentiesnelheid (130 km/u) en de aanwezigheid van talrijke zones met verminderde snelheid. Op initiatief van de Belgische en Luxemburgse regeringen zijn sinds 2007 grote moderniseringswerken aan de gang, waaronder een toekomstige ombouw van de 3kV-bovenleiding naar 25kV-wisselstroom. Andere werkzaamheden betreffen signalering met aanpassing van de automatische blokken om de noodzakelijke waarschuwingsafstanden voor een referentiesnelheid van 160 km/h te halen.
Er dreigen echter problemen: de energieprijzen. Voor de NMBS, de grootste elektriciteitsverbruiker van het land, bedroeg het aanvankelijke elektriciteitsbudget voor haar factuur 100 miljoen. Het zou zijn energierekening kunnen zien stijgen met 14 miljoen voor 2021 en 20 miljoen voor 2022, ofwel 34 miljoen euro extra.
Het plan omvat ook 2 miljoen euro om nieuwe dienstverleners aan te moedigen om in de nachttrein te stappen. Deze zeer speciale sector dekt niet altijd zijn kosten, maar de Oostenrijkse exploitant ÖBB heeft kunnen aantonen dat het met een bepaald bedrijfsmodel mogelijk is om hoogwaardige nachttreindiensten tot stand te brengen. Sommige subsidies worden echter noodzakelijk geacht, zoals de Nederlanders hebben gedaan voor een periode van vier jaar voor de nachttrein Wenen-Amsterdam (door Nederland gesubsidieerd met 6,4 miljoen euro). Nachttreinen zijn een van de instrumenten om de klimaatdoelstellingen van België, en dus van Europa, te halen.